donderdag 25 december 2014

De juiste achternaam van de bruidegom

De achternaam van een bruidegom lijkt vanzelfsprekend en dat is hij meestal ook, nl. de achternaam van de vader of eventueel de moeder. Maar als de bruidegom met bijzondere voornamen wordt geboren, of als hij een samengestelde achternaam heeft, wordt het een ander verhaal. Kijk bijvoorbeeld eens naar de huwelijksakte van Jan van Doveren van Andel, geboren Wijk 21 september 1846, die op 8 oktober 1880 te Wijk en Aalburg trouwt met Bastiana Susanna Uithoven:



De bruidegom heet van Doveren van Andel, zijn vader heet van Doveren en zijn moeder heet van Andel. Er lijkt dus een naamsverandering te hebben plaatsgevonden en dat is ook zo, zoals blijkt uit zijn geboorteakte: 

Uit de kantmelding bij de akte blijkt, dat bij Koninklijk Besluit van 10 december 1847 aan de vader van Jan toestemming is verleend om Jans achternaam te wijzigen in van Doveren van Andel. Het Koninklijk Besluit is ingeschreven in het geboorteregister van Wijk en Aalburg van 1848 onder nummer 12: 



De consequentie van dit besluit is dat sinds 1847 vader en zoon verschillende achternamen hebben. Een tweede voorbeeld. Op 10 september 1881 trouwt Arie Smits Kant, geboren Rijswijk 9 april 1856, te Giessen met Adriana Roza: 



De vader van de bruidegom heet Kant en de moeder Smits. Je zou dus verwachten, dat Arie, evenals bovengenoemde Jan, een samengestelde achternaam heeft gekregen. Maar dat is niet zo, zoals blijkt uit zijn geboorteakte:

De voornamen van de bruidegom zijn Arie Smits. De ambtenaar van de burgerlijke stand in Rijswijk heeft er dus geen enkel probleem van gemaakt, om een kind een voornaam te geven, die overduidelijk een achternaam is. Dat was al sinds het begin van de 19de eeuw verboden! Bij bruidegoms met samengestelde achternamen is het dus aanbevelenswaardig de geboorteakten van die bruidegoms te raadplegen. Alleen daaruit blijkt hoe de vork in de steel zit, zoals bovenstaande voorbeelden aantonen: van Doveren van Andel is een samengestelde achternaam, maar Smits Kant niet.

donderdag 18 december 2014

Kinderen van ongehuwde moeders en gehuwde vaders

In de doopboeken van vóór 1811 worden vaak kinderen van ongehuwde moeders vermeld. Wat minder vaak noemt de moeder de vader van het kind. En nog zeldzamer is het, als die vader een gehuwde man blijkt te zijn. Ik trof tot nu toe de volgende vermeldingen aan. De eerste ongehuwde moeder krijgt in 1758 te 's Gravenmoer een kind, waarvan de vader een gehuwde man uit Waspik is (DTB 1 's Gravenmoer):

Het tweede geval speelt zich ook af in 's Gravenmoer en wel in 1790. Bijzonder is, dat de naam van de wettige echtgenote van de vader in de doopinschrijving wordt vermeld (DTB 1 's Gravenmoer):

Het derde geval betreft een doop in Oosterhout in 1758. Zowel de moeder als de gehuwde vader is afkomstig uit Rotterdam (DTB 25 Oosterhout):

Een wel zeer bijzonder geval trof ik aan in het nederduits-gereformeerd doopboek van Fijnaart. In 1780 wordt Jan Driesprong binnen vier weken twee keer vader van een onwettig kind! (DTB 4 Fijnaart). Het eerste kind, genaamd Jan, geboren 29 oktober 1780 en gedoopt 19 november 1780 heeft hij verwekt in ontucht bij zijn nicht Jannetje Driesprong:

Het tweede kind, genaamd Arij, verwekt bij Ariaantje Vissers, is eerder geboren dan het eerste kind, namelijk op 5 oktober 1780, maar wordt pas op 29 november 1780 gedoopt. Met deze vrouw zal Jan trouwen:

donderdag 11 december 2014

Grote gezinnen in de achttiende en het begin van de negentiende eeuw

Net zoals tegenwoordig kwamen er in de achttiende en negentiende eeuw ook grote gezinnen voor. Een groot aantal gedoopte kinderen van een echtpaar zegt nog niets over het aantal kinderen, dat in leven is gebleven. Door de hoge kindersterfte zullen er uiteindelijk vaak maar weinig van die kinderen in leven zijn gebleven. Dikwijls werden de overlijdensdata van vóór 1811 jong overleden kinderen niet geregistreerd. Een methode om vast te stellen of er toch grote gezinnen waren, is het raadplegen van begraafregisters. Sommige kosters vermeldden in de begraafboeken behalve de naam en soms leeftijd van de overledene ook het aantal kinderen, dat een overledene naliet. Hier volgen enkele voorbeelden. Op 24 oktober 1740 werd Joost Peters van Seelant te Geffen begraven, hij liet 10 kinderen na (DTB 4 Geffen):

Op 25 maart 1707 werd Francus Jan Driessen Veraalst te Schijndel begraven, nalatend zijn moeder met 10 kinderen (DTB 16 Schijndel):
Op 1 april 1808 werd Adriaan Teurlings te Haaren begraven, oud 89 jaar, nalatend 11 kinderen (DTB 9 Haaren):

Op 9 april 1806 werd Willem Kuijpers te Oss begraven, oud 56 jaar, nalatend 13 kinderen (DTB 27 Oss):

Op 15 januari 1808 werd Matheus Coera te Oss begraven, oud 69 jaar, laatst wonend te Luik, nalatend het onwaarschijnlijk grote aantal van 22 kinderen (DTB 27 Oss):

donderdag 4 december 2014

Soms is rooms-katholiek huwelijk ook het wettig huwelijk

In sommige regio's gold het huwelijk dat katholieken voor de pastoor sloten behalve als kerkelijk huwelijk ook als wettig huwelijk. Dat was bijvoorbeeld het geval te Herpen, gelegen in het Land van Ravenstein. Aldaar trouwden op 26 oktober 1779 voor de pastoor Joannes Snoeks en Gertrudis Rombout (DTB 15 Ravenstein):

Dit huwelijk gold tevens als wettig huwelijk, zoals blijkt uit het schepentrouwboek van Berghem (DTB 10):



Een ander voorbeeld betreft een rooms-katholiek huwelijk gesloten te Macharen in het Land van Megen. Aldaar trouwden Henricus van Lier en Joanna van Wel op 8 februari 1750 voor de pastoor (DTB 24 Megen):

Ook dit huwelijk gold als burgerlijk huwelijk, zoals blijkt uit het schepentrouwboek van Oss (DTB 17):
Merkwaardig is, dat de verklaring in het schepentrouwboek van Oss pas in 1752 is ingeschreven.

donderdag 27 november 2014

Vermelding van religie in trouwboeken van de predikant vóór 1811

Vóór 1811 was in grote gedeelten van het huidige Nederland een huwelijk rechtsgeldig als het was gesloten voor de schepenen óf voor de dominee. Nederduits-gereformeerden trouwden meestal voor de predikant, dat huwelijk was voor hen dan tevens het kerkelijk huwelijk. Katholieken hadden voor hun burgerlijk huwelijk de keuze tussen schepenen en dominee. Het is lastig om vast te stellen of echtparen die voor de dominee trouwen rooms-katholiek zijn of niet. Probleem is namelijk, dat de dominee in de trouwboeken meestal geen melding maakt van de religie van de echtelieden. De dominee van Ravenstein vermeldt sinds 1723 in zijn trouwboek of het om roomse echtparen gaat (DTB 5 Ravenstein)(rechtsonder de inschrijving staat Roomsgezinden):

Bij niet-roomse paren wordt de religie door hem pas vanaf 1784 vermeld. De dominee van Grave vermeldt sinds juni 1750 consequent in zijn trouwboek (DTB 18 Grave) bij elk echtpaar de religie. Bij het eerste echtpaar waarbij dat gebeurt waren beide echtelieden van de protestantse religie:


De meeste echtparen die bij de Graafse dominee trouwen, zijn rooms. Er zijn echter ook gemengde huwelijken, zoals tussen een gereformeerde bruidegom en een bruid die de Augsburgse confessie aanhangt:

In 1751 trouwt een Lutherse bruidegom met een roomse bruid:


In 1755 trouwt een protestantse bruidegom met een gereformeerde bruid:

donderdag 20 november 2014

Een weduwnaar, die snel na het overlijden van zijn echtgenote trouwt

Jan van Balkom trouwt op 26 februari 1764 voor de schepenen van Schijndel met Annemie Hugo Verhagen (DTB 25 Schijndel):
Anna Maria is op 6 april 1774 te Schijndel begraven, nalatend haar man en kinderen (DTB 20 Schijndel):
Weduwnaar Jan van Balkom heeft al zeer snel na het overlijden van zijn echtgenote opnieuw huwelijksplannen: op 7 mei 1774 gaat hij al in ondertrouw voor de dominee te Sint-Oedenrode met Ida van Dinther. Omdat hij in Schijndel woont moet het huwelijk ook aldaar afgekondigd worden en daar hebben de regeerders van Schijndel moeite mee, getuige de brief die zij blijkbaar aan de dominee te Sint-Oedenrode sturen (DTB 33 Schijndel):

Uit de brief wordt duidelijk dat de regeerders van Schijndel het niet gepast vinden, dat Jan nauwelijks vijf weken na het overlijden van zijn echtgenote al nieuwe huwelijksplannen heeft. Het egtreglement bepaalt immers, dat een weduwnaar op grond van eerbaarheid een wachttijd dient te respecteren van drie maanden. Bovendien is er nog geen staat en inventaris opgemaakt voor de kinderen uit het eerste huwelijk. Het huwelijk zou uiteindelijk op 26 juni 1774 voor de dominee te Sint-Oedenrode gesloten worden, nog geen drie maanden na het overlijden van Jan's eerste echtgenote!

donderdag 13 november 2014

Weduwen die snel hertrouwen

Weduwen konden vroeger niet snel na het overlijden van hun echtgenoot hertrouwen. Het zou namelijk mogelijk kunnen zijn, dat de weduwe zwanger was van haar overleden man. Voor jonge weduwen gold een wachttijd van 9 maanden. Voor oudere weduwen, d.w.z. 55 jaar of ouder, gold een wachttijd van zes maanden, om de eerbaarheid een plaats te geven, zoals het egtreglement vermeldt. Nu volgen twee voorbeelden van weduwen, die snel hertrouwen, een oudere weduwe en een jongere weduwe. Op 16 januari 1717 trouwen voor de predikant en op dezelfde dag ook voor de pastoor te Schijndel: Jacobus van Tienen en Gijsberdina van Kessel. Jacobus van Tienen wordt op 11 februari 1741 te Schijndel begraven, zijn vrouw zonder kinderen nalatend (DTB 18 Schijndel):

Jacobus'weduwe hertrouwt op 23 juli 1741 te Schijndel voor de schepenen met de weduwnaar Hendrik Daelemans. Zij verklaart tussen de 56 en 57 jaar oud te zijn en ongeveer 7 maanden weduwe te zijn (dat klopt dus niet!, zij was pas vijf maanden weduwe)(DTB 24 Schijndel):

Het tweede voorbeeld betreft Theodora (ook genoemd Dirkske) Jansen die op 29 november 1716 te Dinther voor de pastoor trouwt met Leonardus Jansen van Osch. Na hun huwelijk vestigen zij zich te Nuland. Aldaar overlijdt Leonardus Jan (Teunissen) van Osch op 14 september 1724, hij wordt op 17 september 1724 aldaar begraven, vrouw en kinderen nalatend (DTB 1 en DTB 3 Nuland):
Weduwe Theodora heeft blijkbaar al snel na het overlijden van haar man huwelijksplannen, maar dat gaat zo maar niet. Zij vraagt aan de schepenen van Nuland toestemming om binnen negen maanden na het overlijden van haar echtgenoot te mogen hertrouwen. Zij verklaart tevens, dat zij niet is bezwangerd door haar overleden echtgenoot (DTB 5 Nuland):



Nadat de toestemming is verkregen, staat niets een tweede huwelijk voor haar meer in de weg, op 28 januari 1725 trouwt zij voor de predikant in Geffen met Goyaert van Swanenbergh (DTB 3 Geffen):

donderdag 6 november 2014

Wél ondertrouw, maar om tragische reden geen huwelijk

Op 15 september 1736 gaan voor de schepenen van Veghel in ondertrouw Peter Hendrix Versteegden en Hendrina Roeloff Seger Doncquers. Het huwelijk zou om een tragische reden niet plaatsvinden, zoals de ondertrouwinschrijving meldt: de bruijt is in den bruijtstoel ontvallen met een heete koorts en daardoor buijten kennis geraakt en op den 12 October daaraenvolgende overleden (DTB 10 Veghel):

Zij is op 15 oktober 1736 te Veghel begraven (DTB 6 Veghel):

donderdag 30 oktober 2014

Ook dat is toevallig

In het Goudse Groene Hart ziekenhuis zijn op 11 oktober 2014 twee jongetjes geboren, die allebei Jayden van Mourik heten. De ouders van beide kinderen wonen te Waddinxveen. Dat is wel heel erg toevallig. Niet minder toevallig zijn mijns inziens de volgende geboorten.
Op 5 maart 1873 wordt te Gemert geboren: Marinus van de Ven, zoon van Jozephus en Helena Verbakel:

Op dezelfde 5e maart 1873 wordt te Schijndel ook een Marinus van de Ven geboren, zoon van Hendrikus en Geertruida Schuurmans:

Ook bijzonder is dat op dezelfde dag in dezelfde gemeente twee kinderen met dezelfde achternaam worden geboren, maar met verschillende ouders. Dat gebeurt op 7 november 1878 te Heesch. Op die dag worden daar geboren: Maria Anna van Grunsven, dochter van Nicolaas en Maria van de Ven én Hubertus van Grunsven, zoon van Franciscus en Geerdina Vos:

donderdag 23 oktober 2014

Een Jood die nederduits-gereformeerd gedoopt wordt en zijn naam wijzigt

Aaron Levi, een jood afkomstig uit Weijer in het land van Gulik, laat zich in 1761 nederduits-gereformeerd dopen in Schijndel. Hij krijgt bij die doop een nieuwe naam Christiaan Arend van Schijndel. Ten tijde van de doop woont hij sinds enkele maanden te Schijndel, maar vertrekt kort daarna naar Haaften (DTB 12 Schijndel):




Hij gaat op 10 april 1761 voor de predikant te Haaften in ondertrouw als Christiaan Arend van Schijndel met Eelke Cornelisse van Houssel en trouwt aldaar op 3 mei 1761:
Uit dit huwelijk zijn zeven kinderen nederduits-gereformeerd gedoopt te Haaften, waaruit tot op heden nageslacht.

donderdag 16 oktober 2014

Tweemaal getrouwd, voor schepenen én predikant

Vóór 1811 trouwden echtparen burgerlijk óf voor de schepenen (municipaliteit) óf voor de predikant. Sinds 1795 is het echter mogelijk, dat een echtpaar trouwt voor schepenen én predikant. Dat was o.a. het geval bij het echtpaar Jan Hendrik Hartman en Catharina Amelia Wagener. Zij trouwen op 13 mei 1799 voor de schepenen van Berlicum (DTB 14 Berlicum):

Op dezelfde dag trouwen zij echter ook voor de predikant te Berlicum (DTB 10 Berlicum):

Het klinkt op het eerste gezicht vreemd, maar dat is het niet: het huwelijk voor de schepenen was het wettig huwelijk, en het huwelijk voor de predikant was het kerkelijk huwelijk!