donderdag 27 november 2014

Vermelding van religie in trouwboeken van de predikant vóór 1811

Vóór 1811 was in grote gedeelten van het huidige Nederland een huwelijk rechtsgeldig als het was gesloten voor de schepenen óf voor de dominee. Nederduits-gereformeerden trouwden meestal voor de predikant, dat huwelijk was voor hen dan tevens het kerkelijk huwelijk. Katholieken hadden voor hun burgerlijk huwelijk de keuze tussen schepenen en dominee. Het is lastig om vast te stellen of echtparen die voor de dominee trouwen rooms-katholiek zijn of niet. Probleem is namelijk, dat de dominee in de trouwboeken meestal geen melding maakt van de religie van de echtelieden. De dominee van Ravenstein vermeldt sinds 1723 in zijn trouwboek of het om roomse echtparen gaat (DTB 5 Ravenstein)(rechtsonder de inschrijving staat Roomsgezinden):

Bij niet-roomse paren wordt de religie door hem pas vanaf 1784 vermeld. De dominee van Grave vermeldt sinds juni 1750 consequent in zijn trouwboek (DTB 18 Grave) bij elk echtpaar de religie. Bij het eerste echtpaar waarbij dat gebeurt waren beide echtelieden van de protestantse religie:


De meeste echtparen die bij de Graafse dominee trouwen, zijn rooms. Er zijn echter ook gemengde huwelijken, zoals tussen een gereformeerde bruidegom en een bruid die de Augsburgse confessie aanhangt:

In 1751 trouwt een Lutherse bruidegom met een roomse bruid:


In 1755 trouwt een protestantse bruidegom met een gereformeerde bruid:

donderdag 20 november 2014

Een weduwnaar, die snel na het overlijden van zijn echtgenote trouwt

Jan van Balkom trouwt op 26 februari 1764 voor de schepenen van Schijndel met Annemie Hugo Verhagen (DTB 25 Schijndel):
Anna Maria is op 6 april 1774 te Schijndel begraven, nalatend haar man en kinderen (DTB 20 Schijndel):
Weduwnaar Jan van Balkom heeft al zeer snel na het overlijden van zijn echtgenote opnieuw huwelijksplannen: op 7 mei 1774 gaat hij al in ondertrouw voor de dominee te Sint-Oedenrode met Ida van Dinther. Omdat hij in Schijndel woont moet het huwelijk ook aldaar afgekondigd worden en daar hebben de regeerders van Schijndel moeite mee, getuige de brief die zij blijkbaar aan de dominee te Sint-Oedenrode sturen (DTB 33 Schijndel):

Uit de brief wordt duidelijk dat de regeerders van Schijndel het niet gepast vinden, dat Jan nauwelijks vijf weken na het overlijden van zijn echtgenote al nieuwe huwelijksplannen heeft. Het egtreglement bepaalt immers, dat een weduwnaar op grond van eerbaarheid een wachttijd dient te respecteren van drie maanden. Bovendien is er nog geen staat en inventaris opgemaakt voor de kinderen uit het eerste huwelijk. Het huwelijk zou uiteindelijk op 26 juni 1774 voor de dominee te Sint-Oedenrode gesloten worden, nog geen drie maanden na het overlijden van Jan's eerste echtgenote!

donderdag 13 november 2014

Weduwen die snel hertrouwen

Weduwen konden vroeger niet snel na het overlijden van hun echtgenoot hertrouwen. Het zou namelijk mogelijk kunnen zijn, dat de weduwe zwanger was van haar overleden man. Voor jonge weduwen gold een wachttijd van 9 maanden. Voor oudere weduwen, d.w.z. 55 jaar of ouder, gold een wachttijd van zes maanden, om de eerbaarheid een plaats te geven, zoals het egtreglement vermeldt. Nu volgen twee voorbeelden van weduwen, die snel hertrouwen, een oudere weduwe en een jongere weduwe. Op 16 januari 1717 trouwen voor de predikant en op dezelfde dag ook voor de pastoor te Schijndel: Jacobus van Tienen en Gijsberdina van Kessel. Jacobus van Tienen wordt op 11 februari 1741 te Schijndel begraven, zijn vrouw zonder kinderen nalatend (DTB 18 Schijndel):

Jacobus'weduwe hertrouwt op 23 juli 1741 te Schijndel voor de schepenen met de weduwnaar Hendrik Daelemans. Zij verklaart tussen de 56 en 57 jaar oud te zijn en ongeveer 7 maanden weduwe te zijn (dat klopt dus niet!, zij was pas vijf maanden weduwe)(DTB 24 Schijndel):

Het tweede voorbeeld betreft Theodora (ook genoemd Dirkske) Jansen die op 29 november 1716 te Dinther voor de pastoor trouwt met Leonardus Jansen van Osch. Na hun huwelijk vestigen zij zich te Nuland. Aldaar overlijdt Leonardus Jan (Teunissen) van Osch op 14 september 1724, hij wordt op 17 september 1724 aldaar begraven, vrouw en kinderen nalatend (DTB 1 en DTB 3 Nuland):
Weduwe Theodora heeft blijkbaar al snel na het overlijden van haar man huwelijksplannen, maar dat gaat zo maar niet. Zij vraagt aan de schepenen van Nuland toestemming om binnen negen maanden na het overlijden van haar echtgenoot te mogen hertrouwen. Zij verklaart tevens, dat zij niet is bezwangerd door haar overleden echtgenoot (DTB 5 Nuland):



Nadat de toestemming is verkregen, staat niets een tweede huwelijk voor haar meer in de weg, op 28 januari 1725 trouwt zij voor de predikant in Geffen met Goyaert van Swanenbergh (DTB 3 Geffen):

donderdag 6 november 2014

Wél ondertrouw, maar om tragische reden geen huwelijk

Op 15 september 1736 gaan voor de schepenen van Veghel in ondertrouw Peter Hendrix Versteegden en Hendrina Roeloff Seger Doncquers. Het huwelijk zou om een tragische reden niet plaatsvinden, zoals de ondertrouwinschrijving meldt: de bruijt is in den bruijtstoel ontvallen met een heete koorts en daardoor buijten kennis geraakt en op den 12 October daaraenvolgende overleden (DTB 10 Veghel):

Zij is op 15 oktober 1736 te Veghel begraven (DTB 6 Veghel):