woensdag 26 juni 2024

Berlicum anno 1791

 

BERLICUM ANNO 1791                             

In het archief van de Leen- en Tolkamer, dat bij het Brabants Historisch Informatie Centrum te 's-Hertogenbosch wordt bewaard, bevindt zich een document, waarin het een en ander over de toestand, zoals Berlicum er in 1791 uitzag, wordt beschreven (1).

De letterlijke tekst luidt als volgt:

Eerste staat behelzende zes vraagpoincten om ingevuld te worden door de Regenten van Berlicum, Middelrode en Caathoven

1        Het locaal of de gelegenheid der plaats ten aanzien van den Koophandel, het Transitoire etc.

Deze plaats was enigermate tot het Transitoire en Koophandel gesitueerd eer dat den steenweg van ’s-Hertogenbosch op Boxtel is gelegt waar door ’t Transitoire dezer plaats ganschelijk den bodem is ingeslagen om welke redenen eenige teid (sic!) geleden Remis op de Dranken ter somma van een hondert guldens jaarlijks is verleend; ’t welk zedert eenigen teid weder is ingetrokken tot merkelijke schaade voor deeze gemeente

2        Het getal der Brouwerijen en welke

Deze plaats heeft twee brouwerijen staande onder Middelrode, zijnde eigenaren van de eene brouwerij de erven Dillis Godschalk en eigenaresse van de andere de wed. Hendrikus Godschalk

3        Het getal der Fabriecquen

In deeze plaats zijn geen Fabriecquen

4        De verdere Neering en handteering der ingezeetenen

In deeze plaats is geen Neering uitgezondert eenige comenijswinkeltjes zijnde de handteering landbouwerij

5        Het getal der tappers en herbergiers met derzelver naamen; beginnende met de voornaamste, en zo vervolgens

Onder Berlicum zijn elf tappers en herbergiers als Lambertus van Casteren, Johannes Wijgerganx, Fransis Daniel van Osch, Piet Snelders, Gradus Verhagen, Jan Piet Broeren, Adriaan van der Aa, Hermanus Quekel, Hendrik Vorstenbosch, Antony van Schaaijk en Adrian Toon van Roosmalen

Onder Middelrode zijn zes tappers en herbergiers als de wed. Hendrikus Godschalk, d' erve Dillis Godschalk, de kinderen Willem van den Akker, Arnoldus van der Heijden, Peeter Voets, Peeter van der Heijden en Geert van der Aa

Onder Caathoven is één tapper als Meester Guilliam Weerelds

6        De hoedaanigheid der Teul- en Weilanden

De Teul- en weijlanden dezer plaats zijn voor een gedeelte goed, en voor een gedeelte kwaad wijl het veelal gebeurd dat door de hoogte van het water of wel door menigvuldige plasregens als onbedeikt zijnde het geheele voorjaar jaa ook wel het geheele jaar door, de lage landen onder water staan en dus geheel onbruijkbaar voor de bebouwer. Daar men aan den andere kant het menigmaal bij heete somers ziet gebeuren dat op het hooge land als zijnde zandgrond alles of wel voor een grootst gedeelte verbrand, meede tot groot nadeel van den bebouwer

Aldus deezer Staat naa onze beste kennis en wetenschap ingerigt ter Raadkamer van Berlicum, den tweeden april 1700 een en negentig

Noten

1        Archief van de Leen- en Tolkamer van ’s-Hertogenbosch 1605-1800, toegang 8, inv. nr. 298

 


donderdag 20 juni 2024

Een bijzondere geboorte te Rosmalen in 1814

Op 7 augustus 1814 wordt te Rosmalen het huwelijk afgekondigd tussen Cornelis Vermeulen en Johanna Jacoba Esser:

Op dezelfde dag worden de a.s. echtelieden Cornelis Vermeulen en zijn ondertrouwde bruid Johanna Jacoba Esser te Rosmalen ouders van een dochter Johanna Jacoba Cornelia:

Cornelis Vermeulen erkent het kind en het kind heet dus Vermeulen.

Tot een huwelijk van de ouders van het kind is het niet gekomen: Johanna Jacoba Esser overlijdt te Rosmalen op 9 augustus 1814, als ondertrouwde bruid van Cornelis Vermeulen:

Cornelis Vermeulen trouwt op 19 juni 1823 te Zwolle met Petronelle Leonore Gallé:

Cornelis overlijdt op 21 maart 1840 te Herwijnen, zijn echtgenote heet dan Petronella Eleonora Gallé:

Zijn weduwe Petronella Eleonora Gallé overlijdt op 9 maart 1873 te Heusden:

Cornelis' dochter Johanna Jacoba Cornelia Vermeulen trouwt op 12 december 1832 te Herwijnen met Nicolaas Johan Christiaan van Eeden Nierhoff:



De bruidegom heet bij zijn doop nog van Eeden, zoals blijkt uit de huwelijksbijlagen:


In de huwelijksakte is vermeld, dat zijn achternaam bij Koninklijk Besluit van 23 augustus 1823 gewijzigd is in van Eeden Nierhoff; de kantmelding bij de doopinschrijving betreffende de naamswijziging ontbreekt.

Nicolaas Johan Christiaan van Eeden Nierhoff overlijdt op 29 januari 1862 in Winterswijk, de achternaam wordt dan gespeld als van Eeden Neerhof:


Johanna Jacoba Cornelia Vermeulen overlijdt op 22 april 1897 in Oisterwijk:



donderdag 13 juni 2024

Baas boven baas: Man pleegt twee keer bigamie (2)

 (vervolg)

Het echtscheidingsvonnis  betreffende het huwelijk in 1904 is op 3 februari 1931 in Raalte ingeschreven:


Merkwaardig genoeg is het huwelijk in 1923 te Apeldoorn gesloten, niet nietig verklaard.

Het huwelijk in 1926 te Teteringen gesloten, is wél nietig verklaard en wel in 1931:

De echtelieden Franciscus Johannes de Wever en Carolina Helena van Nimwegen vestigen zich op 17 september 1931 in Den Haag, komend van Nijmegen:


 

Franciscus Johannes de Wever overlijdt op 1 maart 1944 in Den Haag:


Ten onrechte wordt mijns inziens in deze akte vermeld, dat hij echtgenoot is van Carolina Helena van Nimwegen en weduwnaar van Cornelia Maria Jansen. Er had moeten staan, dat hij van echt gescheiden echtgenoot was van Jacoba Maria Teuïten.

Carolina Helena van Nimwegen overlijdt ongehuwd op 6 december 1969 in Den Haag:


In de overlijdensakte van Cornelia Maria Jansen, de tweede "echtgenote" van Franciscus Johannes de Wever, staat ten onrechte dat zij gehuwd is met Franciscus Johannes de Wever, en eerder weduwe van Hendrik van den Oever en Karel Pieck (dat moet zijn Carel Pik). Het huwelijk de Wever-Jansen is niet nietig verklaard en dat had eigenlijk wel moeten gebeuren.

woensdag 5 juni 2024

Baas boven baas: Man pleegt twee keer bigamie (1)

Franciscus Johannes de Wever trouwt voor de eerste keer op 14 januari 1904 te Raalte met Jacoba Maria Teuïten:

Hij woont te Gouda, zij te Raalte.

Kort na het huwelijk vestigt zij zich te Gouda, maar al vrij spoedig daarna scheiden zich de wegen van bruidegom en bruid: zij keert op 2 juli 1904 naar haar geboorteplaats Raalte terug en hij vertrekt op 13 juli 1904 naar Driebergen (Bevolkingsregister Gouda 1880-1900 deel 26, pagina 197):

 

Franciscus Johannes de Wever trouwt voor de tweede keer, zonder weduwnaar of gescheiden te zijn, op 1 maart 1923 te Apeldoorn met de weduwe Cornelia Maria Jansen:

Zij is twee keer eerder getrouwd; haar eerste huwelijk, met Carel Pik, vindt op 9 oktober 1897 te Apeldoorn plaats. Carel Pik overlijdt reeds op 4 april 1898 te Zutphen. Cornelia Maria Jansen trouwt voor de tweede keer op 16 augustus 1899 te Rotterdam met Hendrik van den Oever. Hij overlijdt op 25 mei 1921 te Apeldoorn.

Cornelia Maria Jansen overlijdt op 1 augustus 1924 te Apeldoorn, haar eerste echtgenoot heet dan Karel Pieck:

Franciscus Johannes de Wever trouwt voor de derde maal, als weduwnaar van Cornelia Maria Jansen!,  op 23 december 1926 te Teteringen met Carolina Helena van Nimwegen, terwijl hij nog gehuwd is met Jacoba Maria Teuïten:

 Dit echtpaar vestigt zich op 24 juni 1929 te Tilburg, komend van Nijmegen:

 

Hij vertrekt later op 8 april 1931 naar Nijmegen, zij vertrekt al eerder op 20 maart 1930 naar Nijmegen:

 

Nadat het echtpaar zich in Tilburg heeft gevestigd, blijkt dat de man twee keer bigamie heeft gepleegd (Nieuwe Tilburgsche Courant van 12 oktober 1929):


 Hij wordt veroordeeld en krijgt een gevangenisstraf van 1 jaar (De Standaard van 5 maart 1930):


 (wordt vervolgd)